1. Ris alle bessen van de takjes af en doe ze in een vergiet. Spoel ze dan even goed af onder de kraan en doe ze met 'aanhangend' water in een pan.
2. Verwarm de aalbessen en druk ondertussen de bessen plat.
3. Laat de bessen even (2-3 mivoorzichtig doorkoken, net zolang totdat de bessen allemaal zijn stuk gekookt en er voldoende sap is.
4. Zet een vergiet boven een schaal of pan en leg in het vergiet een schone oude theedoek of kaasdoek.
5. Giet de bessen en sap in het vergiet en laat uitlekken.
6. Wil je helder sap, roer dan niet en knijp de doek niet uit (nadat alles afgekoeld is), anders kun je de doek gewoon uitknijpen en al het sap zo eruit halen.
7. Verwarm de koude bessensap tot ca 90C en giet het heet in gesteriliseerde flessen. Vul tot ongeveer 1 cm onder de rand en sluit direct af met het deksel.

Met gebruik van de ontsapper

1. Doe alle (gewassen/afgespoelde) aalbessen in het vergiet van de ontsapper, rissen is niet nodig, je kunt ze met takjes en al erin stoppen.
2. Vul de inmaakketel of pan met water en zet hem aan op ontsappen en de tijdsklok op doorlopend. Verwarm de pan ongeveer een half uur voor.
3. Zet het vergietdeel met de bessen op de ketel en sluit af met het deksel. Laat de ontsapper nu ongeveer een uur de bessen laten ontsappen. Je kunt eventueel de bessen zo nu en dan doorroeren om meer sap los te kunnen laten, het sap zal dan wel sneller troebel worden.
4. Pak de gesteriliseerde flessen en zul ze (tot 1 cm onder de rand) met het slangetje van de sapmaker en sluit direct af met een deksel.