• Indien je bladerdeegplakjes vanuit de vriezer gebruikt, laat deze dan ontdooien, stapel ze op elkaar en rol ze uit tot een lap bladerdeeg.
• Rol je bladerdeeg uit tot een rechthoekige lap van ca 20 cm breed.
• Rol de lap deeg dan stevig op en snijd deze in 12 plakken van ca 1,5-2 cm dikte.
• Druk met je duim het midden van de deegschijf al draaiende naar buiten, zodat er een soort “cup” ontstaat en druk deze in de muffinvorm.
• Zorg ervoor dat de bodem van je schijf dunner is dan de zijkanten.
• De kunst is om het deeg mooi dun te krijgen.
• Zet de vorm tot gebruik in de koelkast.

Vulling

• Maak van wat melk en de bloem een papje.
• Verhit de rest van de melk met het kaneelstokje en de citroenschil.
• Wanneer de melk kookt een beetje bij het bloempapje roeren.
• Dan het bloempapje in de pan gieten, goed doorroeren en koken tot een creme.
• Haal van het vuur en zet aan de kant.
• Kook van de suiker en het water een siroop en laat precies 3 minuten koken.
• Haal dan van het vuur.
• Schenk de warme suikersiroop is delen door de melkcrème, roer net zolang door tot het goed vermengd is voor je de volgende scheut suikersiroop toevoegt.
• Wanneer alles goed vermengd is de crème compleet af laten koelen.

Bakken

• Verwarm ondertussen de oven voor op 250C.
• Haal kaneelstokje en citroenschil uit de koude crème.
• Indien er nog wat klontjes in de crème zitten, giet deze dan nog even door een zeef.
• Roer de eidooiers door de crème.
• Vul de bladerdeegbakjes met de crème (tot niet iets onder de rand) en bak ze af in 25-30 minuten totdat ze mooi goudbruin zijn.
• Haal de vorm uit de oven, laat even een paar minuten afkoelen en haal de pastéis dan uit de vorm.
• Eet ze lauwwarm of koud.