Doe alle ingrediënten voor de koekjes in een kom en mix het tot een stevig koekdeeg.
Maak er een platte schijf van en verpak deze in huishoudfolie. Laat deze minstens een uur in de koelkast rusten.
Rol het deeg uit op een licht met bloem bestoven werkblad. Rol het deeg uit tot ca 7mm en steek er 10 rondjes uit van 6 cm doorsnee. Steek uit de rest van het deeg ook rondjes van 5 cm en steek uit die rondjes weer een kleinere cirkel van 3-4 cm zodat je een soort deegringen krijgt. Je wellicht een paar keer restjes deeg opnieuw samen moeten kneden en opnieuw uit moeten rollen hiervoor. Kneed het deeg niet te lang.
Leg de deegrondjes op de bakplaat die bekleed is met bakpapier. Plak de deegringen met een klein beetje water boven op de deegringen. Prik de binnenkant van de deegrondjes in met een vork.
Laat het deeg nog even rusten in de koelkast en verwarm ondertussen de oven voor op 175C
Bak de koekjes in ca 15 minuten gaar en goudbruin.
Laat afkoelen op een rooster
Vul het midden van de afgekoelde koekjes met de karamel. Ongeveer 1 tl per koekje is voldoende. Strijk glad.
Tempereer de chocolade en giet deze met een lepel over de koekjes heen.
Laat de chocolade uitharden voordat je ze opbergt (of opeet ;-) ).