Doe de bloem en de boter in een kom en mix dit in een keukenmachine tot een kruimelig deeg met de structuur van nat zand. Je kunt het ook zonder keukenmachine doen, verkruimel de boter dan tussen je vingertoppen met de bloem.
Voeg dan het zout, de suiker, bakpoeder en speculaaskruiden toe en meng het goed door elkaar. Doe het losgeklopte ei bij het deeg en kneed er een mooie deegbal van. 
Wikkel in plastic folie en laat het ongeveer een uur in de koelkast afkoelen. Laat het niet te lang in de koelkast staan, want dan kan het te hard worden en kun je het niet gemakkelijk meer uitrollen.

Roer ondertussen het amandelspijs los met ongeveer 1/2 tot 3/4 losgeklopt ei tot een smeuïge, maar ietwat stevige amandelpasta. Verdeel het in twee gelijke stukken.

Verwarm de oven voor op 180C en leg een bekleed je bakplaat met bakpapier.

Doe het deeg op de helft en verdeel iedere helft weer in twee stukken, waarbij een stuk iets groter is dan de andere. (ongeveer 60-40 verdeling).

Rol de stukken deeg uit tot lappen van ca 30-35 cm lang (afhankelijk van de breedte van je bakplaat). De kleinere stukken zijn voor de onderkant, de grotere maak je iets breder, zodat die de bovenkant van je gevulde speculaas staaf kan worden.

Leg de plakken speculaasdeeg voor de onderkant op de bakplaat.

Rol elk stuk amandelspijs uit tot een rol die iets korter is dan de onderkant van je gevulde speculaas staaf. Leg de rol op die plakken speculaas deeg.

Dek af met de bredere plak speculaasdeeg.

Druk de zijkanten goed aan en snij het eventueel even netjes bij tot mooie lange rechte staven. Versier met blanke amandelen of amandelschaafsel en bestrijk de beide staven licht met losgeklopt ei.

Bak de gevulde speculaas staaf in ca 30 minuten gaar.

Laat de staven op de bakplaat afkoelen, anders kunnen ze breken.

Verpak ze goed in bijvoorbeeld plasticfolie en serveer minimaal een dag later.