Verhit 1 eetlepel olie in een grote pan met een dikke bodem.

Doe de pepers (in stukken en zonder zaadlijsten) en de fijngesnipperde ui. Fruit alles circa 10 minuten op laag vuur en roer regelmatig.

Voeg 2 geplette teentjes knoflook toe en bak het geheel nog 5 minuten tot het

zacht is, maar zorg dat het niet bruin wordt.

Doe de inhoud van de pan in de keukenmachine of blender en maal hem

glad.

Schil de cassave, snijd hem in stukken en breng dit in een pan met water en wat zout aan de kook.

Kook de cassave in ruim 30 minuten gaar.

Giet af en pureer direct, verwijder eventuele vezelige stukken.

Doe bij de cassavepuree de amarillopasta, de geperste knoflook, boter, eidooier, verse koriander en het limoensap. Voeg naar smaak zout en peper toe en vermeng alles goed.

Laat het mengsel afkoelen en wat steviger worden.

Verdeel het mengsel in 8 porties.

Snij de kaas in 8 blokjes.

Vorm met je handen de porties cassavemengsel om elk stukje kaas en maak er mooie ronde balletjes van.

Zet drie borden klaar. Een met bloem, een met losgeklopt ei en de derde met het broodkruim.

Bestuif de balletjes met bloem, dompel ze door het ei en daarna door het broodkruim zodat ze een mooie paneerlaag hebben.

Verhit de olie in een frituurpan tot 170 °C en frituur deze peruaanse bitterballen totdat ze rondom goudbruin zijn. Laat ze op keukenpapier uitlekken.