Verwarm de oven voor op 170C

Vet 1 of 2 bakplaten in met boter of bakspray

Verkruimel de geschaafde amandel, zodat het schaafsel wat kleiner is

Doe alle droge ingrediënten in een kom. Voeg het ei en de gesmolten boter toe en roer tot een slap en samenhangend deeg. Vind je het deeg wat te stevig (het moet mooi van de spatel afvloeien, het is meer beslag dan deeg) dan kun je 1-2 tl water toevoegen.

Leg ongeveer een theelepel koekjesdeeg op de bakplaat en spreid het uit tot een mooie ronde vorm, maak het zo dun mogelijk. Dit gaat het gemakkelijkst met een vork of lepel die je even in water hebt gedoopt.

Hou iets afstand (hoe dunner je de koekjes maakt, deste minder ze nog uitlopen) en vul zo de gehele bakplaat.

Bak de koekjes in ca 10 minuten krokant en gaar. Ze zijn klaar als de buitenste rand mooi bruin geworden is.

Leg ondertussen de houten steel of flesjes klaar en zodra de amandelkrullen uit de oven kunnen, haal je de koekjes met een paletmes of plamuurmes van de bakplaat en vouw je ze direct om de houten steel. Pas op, de koekjes zijn nog warm! Wanneer de koekjes niet meer goed willen vormen en gaan breken, zet je de bakplaat heel even terug in de oven.

Bak alle koekjes op deze wijze af. Afhankelijk van de grootte van je bakplaat zul je 2-3x een bakplaat in de oven schuiven.

Bewaar de koekjes in een goed afgesloten trommel